De Heks van Almen

In 1472 werd op het kerkplein in Almen de eerste Nederlandse vrouw als ‘heks’ verbrand. Theatermakers Achterhoek maakte een theatervoorstelling over deze onvoorstelbare gebeurtenis. Als Aleyda in haar eigen huis […]

In 1472 werd op het kerkplein in Almen de eerste Nederlandse vrouw als ‘heks’ verbrand. Theatermakers Achterhoek maakte een theatervoorstelling over deze onvoorstelbare gebeurtenis.

Als Aleyda in haar eigen huis wordt opgepakt en meegesleurd naar een bedompte kerker in Zutphen heeft zij geen idee wat de reden van haar vasthouding is. Pas wanneer haar dochter Greetje haar komt opzoeken wordt het duidelijk: Aleyda, de eigenzinnige vrouw die haar krachten en kennis van geneeskundige kruiden gebruikt bij haar werk als vroedvrouw, wordt verdacht van hekserij.

De heksenverbrandingen hebben grote invloed gehad op de ontwikkeling van onze maatschappij en de positie van vrouwen daarin. Theatermakers Achterhoek zoekt naar het licht in dit gruwelijke verhaal door verleden en heden te mengen. Een must see voor iedereen met een vrije geest.

Het verhaal van de Groninger Ommelanden

De heksenprocessen in de Groninger Ommelanden vonden in golven plaats, de belangrijkste twee waren in 1547 en 1552 en de laatste was in 1562. In totaal zijn er in die periode 28 vrouwen en 3 mannen van hekserij beschuldigd en terechtgesteld verspreid over de regio; de verbrandingen vonden plaats in Zijen, Appingedam, Godlinze, Midwolde, Pieterburen, Leens, Sebaldenburen, Oldenhove, Ezinge, Oldambt, Uithuizen en Sauwerd.

​Wie zich in de verhalen van de Groninger Ommelanden verdiept, (zie het essay van P. Gerbenzon uit 1985) krijgt een opmerkelijk beeld te zien. Het lijkt erop alsof de processen daar kwamen overwaaien uit Westelijk Ostfriesland, aan de overkant van de Eems, waar verhalen van heksensabbaths rijkelijk de ronde deden. In het nuchtere Groningen ging het echter veel meer om het beschuldigen van de voornamen en de rijken, misschien uit kinnesinne. Er zijn talloze verhalen opgetekend over welgestelde beschuldigden die de beul betaalden om hun nek te breken zodat ze de verbranding niet mee hoefden te maken. Ook kochten enkele voorname vrouwen zich vrij of ze doken onder. Daarnaast werden vooral ‘tovenaars en tovenaarsen’ beschuldigd die anderen de toverkunsten bijbrachten zoals ‘het doodtoveren van vee en mensen en het vernietigen van graanoogsten’.
De rechters in de Ommelanden deinsden er, op een enkeling na, voor terug om hele groepen te veroordelen, zoals elders in Nederland gebeurde. Ook gold in Groningen de praktijk van het voetzetten: als een aanklager de aanklacht niet kon bewijzen, kreeg hij of zij zélf die straf opgelegd. Dit moedigde het aanklagen gelukkig minder aan. Toen er een te grote slachting onder de voorname Groningers leek plaats te gaan vinden, stak de zogenaamde Hoofdmannenkamer daar een stokje voor en toen de voornamen en welgestelden het ook nog eens op begonnen te nemen voor de middelmatigen en armoelijers stopten de processen helemaal.
Hierdoor hebben de Groningers, wellicht door hun volksaard, een behoorlijk steentje bijgedragen aan het uitbannen van de heksenvervolgingen, maar de Groningse Ommelanden staan desondanks met 31 verbrandingen in de top tien van Nederland. Reden voor TMA om in haar tournee voor eerherstel voor de onschuldig terechtgestelden Groningen wederom aan te doen en wel in de imposante monumentale boerenschuur van Tino Stollenga in Eppenhuizen, midden in de Ommelanden waar indertijd de heksenprocessen hebben plaatsgevonden. Deze locatie is historisch gezien perfect om in de voorstelling te kunnen verwijzen naar de gebeurtenissen die indertijd in de Ommelanden hebben plaatsgevonden.

De Heks van Almen